Tijdens een van mijn trainingsdagen maakte ik kennis met Karl. Hij is een jongeman van 24 jaar oud en werkt in een asielzoekerscentrum. Dat is niet altijd even gemakkelijk. De mensen die asiel aanvragen zijn getraumatiseerd, op de vlucht en hebben alles moeten achterlaten. Communicatie verloopt moeizaam, niet alleen door de taalbarrière die er vaak is, maar ook door het verschil in cultuur en opvoeding. Karl wil graag weten hoe hij Transactionele Analyse kan gebruiken om deze mensen beter te begrijpen en hen te helpen om hier te integreren.

Er zijn een aantal principes van Transactionele Analyse (TA) die in deze situatie waardevol kunnen zijn wanneer ze goed worden toegepast. In deze blog wil ik daar iets over uitleggen.

Iedereen is ok

Door TA toe te passen ga je uit van het gegeven dat alle mensen ok zijn. Jijzelf ook. Het is in dit geval heel belangrijk om dit standpunt in te nemen, want dat voorkomt dat je gaat oordelen over asielzoekers en de manier waarop zij reageren. Door alle mensen als gelijkwaardig te zien kun je over deze oordelen heen stappen. Het helpt je om begrip op te brengen voor beslissingen en acties van mensen, zonder dat je het daar direct mee eens hoeft te zijn. Uitgaan van het feit dat alle mensen ok zijn, laat je eigenlijk een stapje achteruitzetten en naar het grotere geheel kijken.

In het geval van Karl kan hij, door dit principe van TA toe te passen, beter begrip opbrengen voor de asielzoekers waarmee hij in aanraking komt. Het helpt Karl ook om met mildheid naar zichzelf te kijken op die momenten dat hij ongeduldig wordt en zich gefrustreerd of machteloos voelt. Karl moet immers werken binnen de beperkingen van een beleid waar hij ook niet altijd helemaal achter staat.

Iedereen kan zelf nadenken

Wat er vaak misgaat in de relatie tussen een asielzoeker (de hulpvrager) en bijvoorbeeld een psycholoog (de hulpverlener) is dat de hulpverlener de hulpvrager gaat zien als slachtoffer en deze als zodanig gaat behandelen. De hulpverlener gaat zo’n persoon dan betuttelen en ziet de hulpvrager als veel te klein en hulpbehoevend. De hulpverlener gaat dan in de plaats van de asielzoeker denken en vergeet dat de asielzoeker expert is in zijn eigen leven.

Wat een hulpverlener, zoals Karl, in deze situatie makkelijk uit het oog kan verliezen is hoe ongelofelijk sterk en moedig een asielzoeker moet zijn om de beslissing te nemen weg te gaan uit zijn eigen land. Het verhaal achter deze mensen wordt vaak vergeten.

De situatie die dan ontstaat is een onevenwichtige relatie. De hulpverlener gaat zich boven de asielzoeker stellen en iedereen lijkt te geloven dat de hulpverlener weet wat goed is voor deze personen. De asielzoeker schikt zich in dit mythische denkbeeld en begint te geloven dat de hulpverlener gelijk heeft. Als het advies van de hulpverlener vervolgens niet blijkt te werken, wordt de hulpverlener boos en beschuldigt de asielzoeker ervan dat hij niet goed heeft geluisterd. Als hij beseft dat zijn advies wellicht niet gepast heeft bij de situatie van de hulpvrager, vindt hij dit moeilijk om toe te geven.

TA biedt een mooi model – De drama driehoek  van Karpman – om de hulpvrager en hulpverlener uit te nodigen om uit deze onevenwichtige relatie te komen. Dit model beeldt de onevenwichtige relatie prachtig uit: In de onderste punt bevindt zich de hulpvrager die zich in een slachtofferrol heeft geschikt. Vanuit deze positie begint hij te klagen en verwacht hij dat de oplossing door de hulpverlener wordt geboden. In de rechterbovenhoek staat de ‘Redder’, de persoon waar iedereen altijd bij mag aankloppen en die ontzettend veel hart voor de zaak heeft, voor wie nooit iets teveel is. Maar ondertussen ziet hij de de hulpvrager als slachtoffer. In de linkerbovenhoek vinden we de ‘Aanklager’, de persoon die er vanuit gaat dat hij altijd gelijk heeft en niet bereid is zijn advies in vraag te stellen. In plaats daarvan geeft hij de asielzoeker er de schuld van dat de dingen mislopen.

De Dramadriehoek biedt een reality-check en herinnert je eraan dat je vanuit je best vanuit jouw Volwassene communiceert. Door geconfronteerd te worden met de rol die jij inneemt in de driehoek, kun je uit het drama stappen. Vanuit deze nieuwe positie kun je een open gesprek aangaan en een oplossing vinden.

Karl bevindt zich bovenin de driehoek. Zodra hij dit beseft, kan hij op een andere manier naar asielzoekers toe gaan en écht luisteren naar wat de hulpvrager nodig heeft. Hij speelt dan in op de behoefte van de asielzoeker in plaats van zelf te bedenken wat deze persoon volgens hem nodig heeft. Door niet alleen te vragen wat de asielzoeker nodig heeft, maar ook wat deze zelf zou kunnen doen om zijn situatie te verbeteren, krijgt hij een beter beeld van welke hulp er echt nodig is. Hij krijgt ook een realistisch beeld van wat hij kan doen, zonder zichzelf te overschatten. Feit blijft dat hij moet werken binnen de beperkingen van een politiek beleid, ook al kan hij zich daar niet altijd helemaal in vinden.

Belangrijk voor Karl om te onthouden is dat hij begrip toont, maar geen loze beloftes doet. Als een asielzoeker aangeeft dat hij een huis en identiteitspapieren nodig heeft, is het voor Karl niet verstandig om toe te zeggen dat hij dit kan regelen. Door eerlijk te blijven naar zichzelf en de ander, wordt een groter drama vermeden.

Iedereen kan vroegere beslissingen herzien

Het ligt in ons vermogen om beslissingen te nemen. Dat kunnen we allemaal. Op basis van onze omstandigheden kunnen we een overlevingsplan maken en hiernaar handelen. Karl zal het vanuit zijn positie als hulpverlener niet met alle beslissingen van asielzoekers eens zijn. Dit komt omdat hij deze beoordeelt vanuit zijn eigen denkwereld en cultuur. Om asielzoekers echt te kunnen begrijpen en helpen zal hij meer te weten moeten komen over de cultuur waarin zij zijn opgegroeid. Hij zal ook bereid moeten zijn om over zijn eigen denkkader te reflecteren. Een paar voorbeelden:

  • Iemand die is opgegroeid in een corrupte maatschappij heeft van jongs af aan geleerd dat niemand te vertrouwen is. Het zal moeilijk zijn om het vertrouwen van zo’n persoon te winnen. Dit lukt alleen door volkomen eerlijk te communiceren en geen valse beloftes te doen.
  • Een persoon die grootgebracht is in een dictatuur heeft nooit geleerd om voor zichzelf te denken. Ook hebben deze mensen vaak een erg negatief en minderwaardig zelfbeeld. De beslissingen die ze nemen zijn gebaseerd op dit referentiekader en zijn voor mensen uit een andere cultuur vaak moeilijk te begrijpen. Door oog te hebben voor deze cultuurverschillen, lukt het om met deze asielzoekers de dialoog aan te gaan.

Dit is voor Karl de sleutel tot goede hulp bij integratie. Enerzijds begrijpt hij uit welke situatie de asielzoeker komt en welke denkbeelden daarbij horen. Anderzijds reflecteert hij ook over de beperkingen waar hij zelf mee te kampen krijgt. Vanuit dit begrip wordt een open dialoog vanuit wederzijds respect mogelijk. Karl doet dan beroep op het denkend vermogen van de asielzoeker. Hoe meer deze persoon zelf gaat nadenken wat er van hem verwacht wordt, hoe beter de integratie zal verlopen.

Transactionele Analyse bood Karl waardevolle handvatten in deze lastige situatie. Hij leerde tijdens onze training hoe hij op gelijkwaardige wijze met asielzoekers kan communiceren. Dit helpt hem om zijn werk beter te doen.

Ben jij nieuwsgierig naar wat TA voor jou kan betekenen? Dan nodig ik je uit voor een proefles. Tijdens deze proefles maak je kennis met Transactionele Analyse en gaan we dieper in op ‘aandacht geven’. Je bent van harte welkom.

 

Ja, ik kom naar de proefles

 

Inspiratie over Embodied Coachen in jouw mailbox?

Linda Hoeben
+32 474 920 877
linda@lindahoeben.be
Rommersom 1A, 3320 Hoegaarden