
In de kerstperiode zien we als coaches vaak meer mensen met stress-gerelateerde klachten. Dat is niet zo gek: het is ook een drukke periode waarin heel wat mensen lange to-do lijsten willen afwerken.
Toch moeten we als coaches waakzaam blijven en niet alle stress-gerelateerde klachten daar zomaar op afschuiven.
We zien dat een aantal mensen redelijk goed met de Kerst-stress om kunnen gaan en dat voor anderen het heel snel al ‘te veel’ is.
Deze situaties roepen voor jou als coach ongetwijfeld veel vragen op. Wanneer is stress gewoon stress en wanneer is er meer aan de hand? Wanneer kunnen we spreken van PTSS? Hoe maak je het onderscheid? Daarom vertel ik jou in dit blog 3 dingen die je misschien nog niet wist over PTSS-gerelateerde problemen en hoe je daarmee als coach mag omgaan.
PTSS is het gevolg van een trauma. Een van de symptomen zeggen we al in de inleiding: mensen met PTSS kunnen minder verdragen. Daarnaast zijn hun reacties vaak heftiger, meer uitvergroot en niet in verhouding met wat er hier en nu gebeurt. De stress-reacties zijn niet alleen groter, ze houden ook langer aan.
Hardnekkige mythes over werken met PTSS:
-
Praten over het trauma is de oplossing
Cliënten zijn vaak verslaafd aan het trauma in die zin dat ze hopen dat het beter zal gaan als ze er maar vaak genoeg mee bezig zijn. Ze verwachten dat ze in de sessies voornamelijk over het trauma gaan praten.
Als coach worden we ook vaak getrokken naar het trauma, het trauma is spectaculair…
De coach wil het ‘sappige’ verhaal of de oorzaak van de klachten kennen. ‘Vertel eens wat er gebeurd is’, zegt hij dan.
Het is heel makkelijk om ons te laten verleiden om meteen naar het traumastuk te gaan. De diepte in. Weten wat er precies is gebeurd.
Wat we dan zien is veel drama en heftige emoties: er wordt diep gevoeld zonder enige rem daarop.
De coach gaat hard werken om dit te begeleiden en zo te verwachten dat de cliënt zal ‘genezen’. In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, gaat het analyseren van en het herbeleven van het trauma het probleem niet oplossen. Dat is zelfs een hardnekkige en wijdverbreide mythe.
Wat er in werkelijkheid gebeurt wanneer een cliënt zijn verhaal vertelt, is dat hij opnieuw het trauma herbeleeft. Cognitief én in zijn zenuwstelsel. Op die manier wordt de cliënt eigenlijk opnieuw getraumatiseerd. Zijn lijf ‘beleeft’ het trauma opnieuw.
Als coach mag je met de cliënt ook kijken naar de manier waarop hij juist úit het trauma is gekomen. De manier waarop hij het heeft overleefd en de veerkracht die hij heeft getoond.
-
Praten over het trauma is de oplossing
Hé, dat was toch ook de titel van het eerste punt? Klopt! Maar er steekt meer achter deze mythe. Coaching voor PTSS-cliënten mag namelijk dieper gaan dan alleen cognitief werk. PTSS-cliënten zijn vaak heel gevoelig voor stress. Bij het minste of geringste schieten ze al volledig in de stress-modus. Dat vinden ze niet fijn en ze hebben ze vaak genoeg van, maar ze kunnen het niet voorkomen. Het lijf reageert al voordat ze dit proces in hun hoofd een halt kunnen toeroepen. Voor deze cliënten is het daarom niet genoeg om enkel te begrijpen waarom hij stress- en trauma-gerelateerde klachten ervaart. Dit besef, zonder dat hij het kan oplossen, kan de cliënt juist angstig en depressief maken. (Zie je wel? Ik kan het niet.) Daarom is lichaamswerk erg waardevol bij PTSS-klachten. Hiermee werk je op het niveau van het zenuwstelsel.
-
Meditatieoefeningen helpen
Vaak sturen coaches gestresseerde cliënten naar huis met het advies om meditatieoefeningen te doen. Ze verwachten dat vanuit die oefeningen verbetering van de klachten optreedt. Volgens mij kunnen getraumatiseerde cliënten die oefeningen niet in hun eentje doen. Echte trauma-healing gebeurt in contact met iemand anders.
We hebben als mensen allemaal een imprint, een impliciete herinnering aan het gevoel dat we hadden toen we nog in de baarmoeder waren. Ons zenuwstelsel weet nog hoe dat voelde, ook al hebben we er geen cognitieve herinneringen aan. Zacht, veilig en omgeven door warmte. Lietaert Peerbolte beschrijft het in zijn boek ‘de Foetale Psyche’ als een gelukzalige ervaring waar tijd en plaats er niet toe doen.
Daar zijn we allemaal, maar traumapatiënten zéker, onbewust naar op zoek. Vaak kunnen we er echter niet bij komen. Er zit iets in de weg. De geruststellende aanwezigheid en de zachte ogen van de ander (de coach) zijn onmisbaar in dit proces.
Geruststellend aanwezig op neurologisch niveau
Als je als coach met PTSS-cliënten wilt werken, is het belangrijk dat je weet hoe je jouw eigen stress kunt reguleren, zodat je die geruststellende aanwezigheid aan je cliënt kunt bieden en je goed kunt afstemmen op het zenuwstelsel van jouw cliënt.
Om terug te komen op de vraag die ik je aan het begin van dit blog voorlegde: Hoe maak je als coach het onderscheid tussen gewone stress en PTSS? Daarvoor heb je kennis nodig. Deze (en nog veel meer) kennis bied ik jou aan in de opleiding Embodied Coachen. In deze opleiding leer je ook hoe je je stress reguleert en goed kunt afstemmen op jouw cliënt. Naast deze kennis krijg je natuurlijk ook gelegenheid om te oefenen. Die kennis staat in alle dikke boeken over Neurowetenschappen. Deze opleiding onderscheidt zich door de mogelijkheid om te oefenen en om uit te zoeken hoe jij dit wil gaan toepassen. Zodat je jouw eigen werkstijl kan ontwikkelen.
Wil jij kennismaken met Embodied Coachen vanuit je bureau- (of luie) stoel? Dan heb ik iets interessants voor je. Binnenkort lanceer ik een online programma over Embodied Coachen. Dit programma, dat bestaat uit 7 video’s en een werkboek waarmee je de geleerde kennis kunt oefenen en toepassen, kun je op je eigen tempo volgen.
Ben jij geïnteresseerd in dit programma? Laat dan hier je emailadres achter. Dan krijg je een seintje wanneer het nieuwe programma online staat.