Over geluk [1] Hoe verlangen naar geluk je ongelukkig maakt

Anna zit voor me en ze zucht.

“Ik wil alleen maar gelukkig zijn en het lukt me niet. Op het werk bots ik even hard als met mijn moeder. Ik heb er precies dezelfde wrijvingen als ik met mijn vader heb. Ik voel me nog even vaak niet goed genoeg. Gaat dat ooit nog veranderen nu ik volwassen ben? Ik wil alleen maar gelukkig zijn. Op het werk en thuis.” Half lachend voegt ze eraan toe:

“Mijn teamvergadering lijken soms een beetje op onze familiefeesten. Je denkt dat het leuk gaat worden, maar dat valt soms tegen. Ik ben altijd blij als ik weer thuis ben.”

Ik begrijp Anna. Geluk is iets van ‘alle tijden’ en ook iets van ‘overal’. Iedereen lijkt wel heel zijn leven op zoek naar geluk. In ons werk, onze relaties en ook in onze families. Dit valt soms tegen en dan voelen we ons rot. Niet bepaald het geluksgevoel waarnaar we op zoek zijn.

Familierelaties

Over familierelaties schreef ik deel 1 van deze serie over geluk. Hierin komt vooral aan de orde hoe oude patronen uit je jeugd vaak bepalen hoe de interactie tijdens een familiefeestje gaan. Tijdens zo’n familiebijeenkomst word je weer ondergedompeld in ‘hoe het altijd gaat’ en wordt jouw beeld van jezelf bevestigd. Om de lieve vrede te bewaren, spelen we een Psychologisch spel. Niet gelezen? Je vindt deze hier: [‘Over geluk [1] Hoe verlangen naar geluk je ongelukkig maakt’.]

 

Patronen op het werk

De patronen die we in onze jeugd hebben geleerd – en die op dat moment nuttig en nodig waren om te overleven – vormen een inprint in ons denken, voelen en handelen. We nemen ze vaak onbewust mee in ons volwassen leven. We leerden ons op een bepaalde manier te gedragen om de harmonie in ons oorspronkelijke gezin te bewaren. We leerden dat het soms beter is om niet écht te vertellen wat we denken en voelen. Als onze binnenkant en onze buitenkant niet met elkaar overeen komen, is de kans groot dat we een Psychologisch Spel aan het spelen zijn. Het is heel makkelijk om dat Psychologisch Spel ook te spelen op de werkvloer. We hebben het immers al vroeg aangeleerd.

Dat is vaak de oorzaak van de problemen zoals die van Anna tijdens haar werk. Omdat we op situaties reageren zoals we in onze jeugd geleerd hebben, krijgen we ook dezelfde reactie als in onze jeugd. Het ‘zie je wel-isme’ waarover ik in de vorige blog schreef, komt dan ook weer terug op je werk. ‘Zie je wel? Ik moet ook altijd toegeven.’ ‘Zie je wel? Als ik mijn mond niet opentrek, gebeurt er niks.’ ‘Zie je wel? Als de ander iets vertelt, wordt er geluisterd en als ik iets zeg…’

 

Rotgevoelens

We willen het graag goed hebben. Op het werk en in onze relaties. Maar dikwijls gaan de dingen anders dan verwacht. Er klopt iets niet in het team, of er ontbreekt iets in de samenwerking. Neem nu bijvoorbeeld een nieuw project waar iedereen vol enthousiasme aan begint. Er is veel tijd gestoken in de voorbereiding. Alle collega’s werken mee en we beginnen eraan met veel goede wil, en hopen dat het leuk wordt. Eigenlijk willen we gewoon dat het goed gaat en dat de samenwerking leuk is. Dat valt soms tegen. Voel je je soms ook teleurgesteld na zo’n project? Ontheemd? Gespannen? Alsof je er niet helemaal bij hoorde? Of alsof je iets mis hebt gedaan?

Dit zijn rotgevoelens. We hebben allemaal onze ‘favoriete’ rotgevoel. Dat nare gevoel dat we niet alleen bij onze families voelen, maar ook in het team of in onze relatie.

Eigenlijk willen we dit niet voelen, we willen het liefst gewoon gelukkig zijn. Dat is ook precies de reden waarom we dat Psychologische Spel blijven spelen. We willen graag een fijne tijd, dus gaan we vooral niet moeilijk doen. Naderhand voelen we ons vervelend omdat we onze mond hebben gehouden of op een andere manier aan onszelf voorbijgegaan zijn.

 

Van een afstandje kijken

Als we goed begrijpen waar ons favoriete rotgevoel vandaan komt, kunnen we er beter iets aan doen. Transactionele Analyse (TA) kan daarbij heel waardevol zijn. In de vorige blog noemde ik al de Dramadriehoek van Karpman. Als je dat model toepast op een werksituatie, kun je objectief en als het ware van een afstandje, kijken naar de situatie. Op die manier zie je waar deze rotgevoelens vandaan komen.

Ongelukkig zijn mág!

We denken dat we altijd maar gelukkig moeten zijn, dat er iets mis met ons is als we niet gelukkig zijn. De kranten en lifestyle-blogs staan vol met tips over hoe we geluk en evenwicht kunnen vinden in ons leven.

Gelukkig zijn er ook andere geluiden. Zo las ik in ‘Zeno’, een zaterdagbijlage van de krant De Morgen, een artikel van Margreet Vermeulen met de titel: Hoera, we mogen weer ongelukkig zijn. Hoe altijd gelukkig moeten zijn ons dieper in het dal duwt. Een citaat:

“Altijd gelukkig zijn, dat werkt niet. “Emoties moeten fluctueren, anders merk je niks,” zegt Kuppens*. “En je zo nu en dan verdrietig voelen of eenzaam of teleurgesteld, is niet slecht of afwijkend. Het is gewoon menselijk. En nuttig.”

*Peter Kuppens, psycholoog.

Waardevol

Het besef dat je niet altijd gelukkig hoeft te zijn, geeft rust. Toch blijven veel mensen tegen die rotgevoelens aanlopen. Door TA toe te passen, kun je cliënten in jouw praktijk helpen om oude patronen in te zien en te veranderen. Zo kun je ze helpen om de gelukkigste versie van zichzelf te worden.

Op 20 en 21 april geef ik een tweedaagse introductie op TA. Je leert hierin de basismodellen die in TA worden gebruikt, leert op een manier communiceren die beter bij jou past en krijgt een idee over wat er met TA allemaal mogelijk is. Meer informatie over deze 2-daagse kennismaking vind je hier.

Ja, ik wil meer weten over de kennismakingstraining

 

Je bent welkom.

 

Inspiratie over Embodied Coachen in jouw mailbox?

Linda Hoeben
+32 474 920 877
linda@lindahoeben.be
Rommersom 1A, 3320 Hoegaarden